De regionale indeling van Nederland in gemeenten, woonplaatsen, wijken, buurten en postcodes is voor veel informatie op AlleCijfers van groot belang. Daarom op deze pagina een definitie van deze verschillende gebieden:
Gemeenten zijn wettelijk geregelde bestuurlijke gebieden.
Gemeente, wijken en buurten worden gebruikt om statistieken te publiceren. Buurten tellen op tot wijken, wijken tellen op tot de gemeente.
Woonplaatsen worden gebruikt om een deel van een gemeente een handige naam te geven en zijn onderdeel van het postadres. Woonplaatsnamen voeren vaak lang terug op de namen van steden en dorpen. Iedere officiële woonplaats valt binnen één gemeente.
Elke gemeente, woonplaats, wijk en buurt heeft een unieke code. Die van de gemeente, wijk en buurt zijn opgebouwd als gemeentecode van vier cijfers + twee cijfers die de wijkcode van zes cijfers uniek maken + twee cijfers die de buurtcode van acht cijfers uniek maken.
Bij het vaststellen van wijken is rekening gehouden met woonplaatsen: Grotere woonplaatsen kunnen worden opgedeeld in één of meerdere wijken. Zeer kleine woonplaatsen kunnen worden samengenomen tot één wijk.
Gemeenten, woonplaatsen, wijken en buurten hebben soms dezelfde naam. Door in de tabel op deze pagina op naam te zoeken wordt zichtbaar of een naam dubbel gebruikt wordt. Op de pagina’s met informatie per gemeente, woonplaats, wijk of buurt op AlleCijfers wordt ook aangegeven of dezelfde naam binnen de gemeente ook voor andere regio’s is gebruikt.
Postcodes hebben 2 functies: De postcode is een middel van voor het sorteren en bezorgen van post en pakketten. En de postcode is - in combinatie met huisnummers- een belangrijke identificatie code voor locaties.
Elke gemeente beheert haar eigen wijk- en buurtindeling. Het CBS coördineert dit proces voor heel Nederland.
Unieke code van wijken en buurten: Elke wijk heeft een code van zes cijfers, die bestaat uit de gemeentecode van vier cijfers gevolgd door een deel van twee cijfers die de wijkcode uniek 6 maken. Elke buurt heeft een code van acht cijfers, die bestaat uit de wijkcode van zes cijfers gevolgd door een deel van twee cijfers die de buurtcode uniek maken.
Een andere geografische onderverdeling die sommige grotere gemeenten toepassen is die in stadsdelen. Dit is een extra niveau waarbij stadsdelen vaak clusteringen zijn van wijken (zoals wijken clusteringen van buurten zijn). Stadsdelen zijn niet opgenomen in de landelijke wijk en buurt indeling en er worden door geen reguliere landelijke statistieken over gepubliceerd.
De indeling in wijken en buurten wordt steeds belangrijker als gevolg van (1) de verdere decentralisatie van rijkstaken naar gemeenten met als gevolg een grotere behoefte aan statistische informatie per gemeente & (2) het steeds groter worden van gemeenten door samenvoegingen bij gemeentelijke herindelingen.
Gemeenten stellen adressen vast en leveren deze aan PostNL. PostNL kent postcodes toe aan adressen en levert deze gegevens terug aan de gemeenten. De gemeenten nemen de adresgegevens, inclusief de postcodes, op in de Basisregistratie Adressen en Gebouwen (BAG). Het Kadaster beheert de BAG. De gebouw- en adresinformatie in de BAG wordt in combinatie met andere gegevens gebruikt voor allerlei doeleinden.
In de Basis Registratie Adressen worden als onderdeel van adressen ook woonplaatsen geregistreerd. Vanuit de BAG zijn daarom eisen aan de definitie van woonplaatsen gesteld: de namen van de woonplaatsen moeten eenduidig zijn vastgelegd, het grondgebied van de gemeente moet volledig zijn opgedeeld in woonplaatsen en deze woonplaatskenmerken moeten formeel door de gemeente worden vastgesteld met een woonplaatsbesluit.
Adressen koppelen aan wijken of buurten: hiervoor het is nodig om geografische coördinaten van adressen (te vinden in de BAG bij het Kadaster) te koppelen aan de geometrie van de wijken en buurten. De afgelopen jaren heeft het CBS heeft een tabel vrijgegeven waarin deze informatie staat. In deze tabel wordt elke combinatie van postcode en huisnummer gekoppeld aan de bijbehorende buurt en wijk. Op AlleCijfers is deze informatie bijvoorbeeld gebruikt om informatie over de buurt per school te tonen. De tabel met postcode huisnummer combinaties voor per gemeente is onderdeel van de downloads met uitgebreide informatie per gemeente.
Bij het vaststellen van de wijken en buurten is van belang dat gemeenten de richtlijnen van het CBS hiervoor zo goed mogelijk volgen. Hierdoor worden de cijfers tussen gemeenten zo goed mogelijk vergelijkbaar. En idealiter verandert de indeling in de tijd zo min mogelijk. Hierdoor worden de cijfers in de tijd zo goed mogelijk vergelijkbaar.
Samenhang: Buurten tellen op tot wijken, wijken tellen op tot de gemeente. Bij uitzondering kan een buurt uit meerdere gebieden bestaan die niet aan elkaar grenzen. Meestal betreft dit buitengebied dat door bebouwing van elkaar wordt gescheiden.
Samenhang met (BAG)woonplaatsen: De richtlijn is dat elke wijk geheel binnen één woonplaats ligt, of exact met de woonplaats overeenkomt, of dat meerdere gehele woonplaatsen samen één wijk vormen. Met andere woorden: Een woonplaats bevat altijd één of meerdere gehele wijken, óf meerdere gehele woonplaatsen vormen samen één wijk.
Typering: Een buurt behoort ofwel tot de aaneengesloten bebouwing, ofwel tot het buitengebied. Aaneengesloten bebouwing is een groepering van ten minste 50 woningen of andere verblijfsobjecten, waartussen geen gaten groter dan 50 meter vallen.
Omvang: buurten hebben idealiter een inwonertal groter dan 250 en kleiner dan 2.500. Een buurt binnen aaneengesloten bebouwing, waar de hoofdfunctie ‘werken’ of ‘recreatie’ is, heeft bij voorkeur een oppervlakte van meer dan 25 hectare. Een buurt in het buitengebied heeft ongeacht de hoofdfunctie bij voorkeur een oppervlakte van meer dan 25 hectare.
Geografische grenzen: de indeling vindt plaats op basis van ruimtelijke ordening en historische dan wel stedenbouwkundige kenmerken: belangrijke wegen en natuurlijke grenzen (zoals rivieren) komen in de indeling terug als grenzen. En de grenzen voor wijken en buurten sluiten aan bij hoe de bevolking ze ervaart en hoe ze in het verleden gegroeid zijn.
Onderzoekers hanteren naast de wijk- en buurtindeling ook vaak de indeling naar postcodegebieden bij het samenstellen van cijfers. 1 van de richtlijnen voor is om dat buurten zoveel mogelijk optellingen moeten zijn van postcodegebieden (zes posities). Het voordeel is hierbij dat cijfers over postcodegebieden makkelijker gekoppeld kunnen worden aan cijfers over wijken en buurten, waardoor meer informatie per gebied beschikbaar komt. Het laten aansluiten van de wijk- en buurtindeling op de indeling naar postcodegebieden is echter ondergeschikt aan de andere richtlijnen.
Volgens het postcodesysteem hoort een viercijferige postcode bij precies één woonplaats en één gemeente. Dit is het zogeheten woonplaatsbeginsel. In de praktijk zijn er uitzonderingen.
De huidige in het BAG (Basisregistratie Adressen en Gebouwen) geregistreerde woonplaatsen komen voornamelijk voort uit de bij de introductie van het postcodesysteem door gemeenten onderkende woonplaatsen. Destijds zijn aan woonplaatsen 1 of meer 4-cijferige postcodes toegekend (meer als de woonplaats meer dan ongeveer 10.000 inwoners had. Veel gemeenten hebben toen alleen de steden en dorpen binnen de gemeente een eigen postcode en woonplaatsnaam laten toekennen. Slechts enkele gemeenten hebben voor al hun geografische woonplaatsen, dus tot op buurtschapsniveau, een postale woonplaatsnaam met bijbehorende postcode laten toekennen. En andersom zijn er enkele gemeenten geweest die alleen de gemeentenaam en niet die naam van de steden en dorpen als woonplaatsnaam hebben laten toekennen. Zoals bijvoorbeeld Amsterdam. Amsterdam heeft Nederlands grootste aantal inwoners en bestaat toch uit slechts 1 woonplaats.
De woonplaatsnamen in de BAG worden door elke gemeente zelf beheerd. De naamgeving van woonplaatsen hangt hierdoor af van de wijze waarop deze door de gemeente zijn ingevoerd in de BAG. Bij woonplaatsnamen die in Nederland meerdere keren voorkomen geven sommige gemeenten het onderscheid aan door er een afkorting van de provincienaam aan toe te voegen (bijvoorbeeld ‘NB’ voor Noord-Brabant). Andere gemeenten geven in een afkorting de gemeente mee waartoe de woonplaats behoort. Niet alle gemeenten doen dit, sommige woonplaatsnamen komen gewoon dubbel voor. Voor de weergave van woonplaatsen op AlleCijfers moeten de namen wel uniek zijn (omdat de url, het adres van de pagina per woonplaats uniek moet zijn), daarom zijn sommige woonplaatsnamen zelf uniek gemaakt door hier de gemeentenaam aan toe te voegen. Het CBS neemt de gegevens uit de BAG rechtstreeks over en doet geen aanpassingen aan de woonplaatsnamen in haar publicaties. Hierdoor zijn de woonplaatsnamen bij het CBS niet uniek.
Metatopos vermeldt 5900 Nederlandse plaatsen. Iets minder dan de helft zijn door de gemeenten aangemerkt als een ‛woonplaats’ en opgenomen in de BAG.
CBS, regionale indelingen, richtlijnen wijken en buurt
Zoek hier de informatie per gemeente, woonplaats, wijk of buurt.
De datum waarop de gegevens over gemeenten, woonplaatsen, wijken en buurten voor het laatst zijn bijgewerkt vind je in het overzicht van de meest recente bijwerkingen van de bron data op AlleCijfers.nl.
Advertentie:
Ontvang een e-mail als de informatie is bijgewerkt. Maximaal 2 per jaar en niets anders dan dat.
InschrijvenJouw steun in de vorm van een donatie (bijvoorbeeld voor een kopje koffie) of het verder bekend maken van AlleCijfers door deze pagina met anderen te delen is van harte welkom!